Haantjesgedrag

Een term die ik steeds vaker hoor vallen is ‘haantjesgedrag’. Zoek deze term in het woordenboek en je vindt de volgende omschrijving:
‘Het gedrag waarmee sommige mannelijke dieren proberen vrouwtjes te imponeren’.
Haantjesgedrag bij kinderen heeft een ander doel en komt zeker niet alleen voor bij jongens.
Hoe ziet dat haantjesgedrag bij kinderen er dan uit?
Er is veel strijd en onderlinge competitie.
Kinderen laten iemand nooit ergens de beste in zijn en willen elkaar eindeloos overtreffen.
Eigen behoeftes en belangen staan bovenaan, belangen van de groep zijn ondergeschikt.
Kinderen gunnen een ander niets.
Wanneer je bovenstaande kenmerken leest kan je je vast goed voorstellen dat het niet echt gezellig is in een groep waar dit gedrag tot uiting komt. Ook voor de kinderen zelf is er nauwelijks ruimte om te ontspannen, je moet immers altijd aan staan en op je hoede zijn.
Waarom tonen kinderen dit gedrag dag?
Haantjesgedrag ontstaat vaak in een groep waar (nog) geen duidelijke leider is opgestaan. Een leider zorgt ervoor dat normen en waarden staan, dat leden van de groep zich hiernaar gedragen en dat er groepsbelangen ontstaan. Een duidelijke, positieve leider zet de kaders in een groep en binnen deze kaders kan iedereen zich vrij bewegen. Deze kaders zorgen voor duidelijkheid, duidelijkheid zorgt voor structuur en voorspelbaarheid en dit alles samen creëert een veilige sfeer. In een groep zonder duidelijke, positieve leider gaat het stormen. De sfeer is alles behalve fijn en kinderen doen er alles aan om hun eigen positie binnen de groep veilig te stellen. Ze hebben de behoefte om belangrijk te zijn, hun status te verhogen en aanzien te verwerven. En juist vanuit deze behoeften en het gebrek aan een positieve leider en bijbehorende kaders in een groep, ontstaat het haantjesgedrag.
Hoe begeleid ik een groep met dit gedrag?
Allereerst is het zeer belangrijk om als begeleider te zorgen dat jij de kader zet. Creëer hiermee duidelijkheid, voorspelbaarheid en structuur. Stel in overleg met de kinderen vast welke normen en waarden belangrijk zijn. Investeer in het aanleren van gedrag dat past bij jullie normen en waarden. Dit komt niet automatisch in het systeem van de kinderen. Praat erover, speel het uit en besteedt actief aandacht aan het inoefenen van jullie normen en waarden. Zorg dat deze gedragen worden door de hele groep.
Investeer in jouw relatie met de kinderen uit de groep. Contact zorgt voor bevestiging, aandacht en verbinding. Wanneer jouw relatie met een kind goed is, is de kans op negatief gedrag veel kleiner. Toon oprechte interesse in een kind. Merk op dat je ziet wat hij of zij doet en geef complimenten. Vraag naar gevoelens en gedachtes en merk het op wanneer iemand niet goed in zijn vel zit. Ook fysiek contact is hierbij belangrijk, denk aan een aai over de bol, een schouderklopje, een knuffel of iets dergelijks.
In een groep met veel haantjesgedrag hebben kinderen de behoefte om betrokken te worden. Laat kinderen meedenken, meepraten en waar het kan meebeslissen. Zo creëer je groepsgevoel en verbondenheid, maar wel binnen jouw kaders.
Het veranderen van haantjesgedrag komt zelden door straffen. Straf zorgt er misschien voor dat kinderen zich tijdelijk aanpassen, maar heeft nooit een effect op lange termijn.Straf kan zelfs statusverhogend werken en juist in een groep met veel haantjes wil je dit voorkomen. Belonen en prijzen heeft daarentegen wel aangetoond effect. Kijk naar de momenten waarop kinderen zich goed gedragen en geef juist op die momenten complimenten. Wissel af in de hoeveelheid en manier waarop je deze complimenten of beloningen geeft, zodat ze effectief blijven.
Geef kinderen feedback maar doe dit wel op het juiste moment. Bijvoorbeeld wanneer er geen andere kinderen zijn. Geef feedback vanuit het positieve: “Ik weet dat jij het lastig vindt om niet direct te reageren, vandaag zag ik dat dit je wel een paar keer lukte, wat knap! Hoe kunnen we ervoor zorgen dat dit nog vaker lukt? Wat heb jij daarin van mij nodig?”
In een groep waar veel haantjesgedrag zichtbaar is, hebben kinderen behoefte aan verantwoordelijkheid. Geef kinderen deze verantwoordelijkheid dan binnen jouw kaders. Juist deze kinderen zullen er alles aan doen om deze verantwoordelijkheid vast te mogen houden. Een mooie stok achter de deur om negatief gedrag te verminderen. Laat de verantwoordelijkheden toenemen wanneer het goed gaat. Laat kinderen verantwoordelijkheid en leiding nemen op een positieve manier.
Heb jij te maken met haantjes gedrag en kom je hier zelf niet uit? Ik help je graag!