Mijn kind is hoogsensitief

Het ene kind is gevoeliger dan het andere kind. Kinderen die zeer gevoelig zijn worden steeds vaker hoogsensitief genoemd. Hoogsensitieve kinderen zijn gevoeliger voor prikkels dan andere kinderen. Uit onderzoek (Aron, 2013) blijkt dat 1 op de 5 kinderen hoogsensitief is. Maar wanneer is jouw kind dan hoogsensitief? En hoe ga je hier als ouder mee om?
In 1996 is er voor het eerst onderzoek gedaan naar hoogsensitiviteit door de Amerikaanse psycholoog Elaine Aron (2013). Het begrip hoogsensitief is een vertaling van de door Aron geïntroduceerde term ‘higly sensitive’.Hoogsensitiviteit is geen stoornis of diagnose die kan worden vastgesteld. Het is een aangeboren karaktereigenschap. In haar onderzoek geeft Aron deze karaktereigenschap als een natuurlijk temperament om veel dingen op te merken en daarover diep te reflecteren voordat er tot handelen over wordt gegaan. Mensen die hieraan voldoen zijn volgens Aron hoogsensitief.
Aron geeft in haar boek: ‘Het hoogsensitieve kind’ de volgende kenmerken van een hoogsensitief kind:
Snel schrikken
Last hebben van kleding (truien die kriebelen, naden in sokken, kledingmerkjes tegen huid)
Niet van verrassingen houden
Een vriendelijke terechtwijzing heeft meer effect dan een strenge straf
Lijkt gedachten te kunnen lezen
De woordenschat is niet passend en verder dan de leeftijd
Ruikt elke geur
Heeft een scherpzinnig gevoel voor humor
Kijkt intuitief
Kan moeilijk in slaap komen na een dag vol prikkels
Heeft moeite met veranderingen
Wil zich omkleden als kleding vies of nat is geworden
Stelt veel (diepzinnige en beschouwende) vragen
Is erg perfectionistisch
Heeft oog voor het verdriet van anderen
Houdt van rustige spelletjes
Is gevoelig voor pijn
Kan slecht tegen een luidruchtige omgeving
Heeft oog voor detail
Bekijkt eerst de situatie voordat hij of zij gaat handelen
Presteert beter wanneer er geen vreemde zijn
Beleeft gebeurtenissen intensief
Kinderen die hoogsensitief zijn, zijn over het algemeen rustig en bedachtzaam. Toch kunnen er driftbuien en frustraties optreden wanneer een kind te maken krijgt met te veel prikkels. Probeer daarom te zorgen voor voldoende rustmomenten, waarin het kind even alleen kan zijn, zonder prikkels.
Help jouw kind om emoties te herkennen, hier taal aan te geven en hier samen over in gesprek te gaan. Help kinderen om gevoelens van overprikkeling te herkennen zodat zij ‘rust’ kunnen nemen voordat de driftbui of frustratie komt. Het is belangrijk dat jouw kind ervaart dat jij gevoelens serieus neemt en hier echt naar luistert. Bedenk samen wat jouw kind kan helpen wanneer prikkels teveel worden en vraag hierbij wat jouw kind op dat moment van jou nodig heeft.
Biedt structuur in een dag en bespreek dagen vooraf met jouw kind. Zorg ervoor dat er voldoende rustmomenten zijn waarop jouw kind zich even terug kan trekken om prikkels te verwerken. Wanneer plannen spontaan veranderen is dit niet erg, zolang je dit vooraf bespreekt en uitlegt. Hou de avonden na een dag vol prikkels zoveel mogelijk leeg zodat jouw kind in de uren voor het slapengaan zo min mogelijk prikkels krijgt.
Wees en blijf geduldig. Hoogsensitieve kinderen hebben meer tijd nodig. Ze nemen veel meer informatie op en het verwerken hiervan kost tijd. Aandringen of pushen werkt juist averechts. Een rustige geduldige houding werkt beter en helpt jouw kind om zelfvertrouwen op te bouwen.
Aron, E. (2013). Het hoogsensitieve kind. (14e ed.). Amsterdam, Nederland: LEV
Uitgeverij
Heb je na dit artikel vragen over hoogsensitiviteit bij kinderen? Neem gerust contact met mij op.